Mexico 2.0 - Reisverslag uit Mexico-stad, Mexico van Karen - WaarBenJij.nu Mexico 2.0 - Reisverslag uit Mexico-stad, Mexico van Karen - WaarBenJij.nu

Mexico 2.0

Door: Karen

Blijf op de hoogte en volg Karen

14 Maart 2018 | Mexico, Mexico-stad

Na een heerlijke week aan het strand is het toch echt weer tijd om door te trekken. Wat is het raar om ineens weer kleren om mijn lijf te hebben (in Escondido liep ik standaard in bikini met oversized shirt, en net als iedereen blootsvoets over straat). Van het ruime strand weer in een stad terechtkomen trok me totaal niet, maar Oaxaca is zo fantastisch dat ik binnen een paar minuten het strand ben vergeten. Net als Antigua en San Cristobal is dit ook weer een rustig kabbelende, en tegelijkertijd levendige, koloniale stad. Ik zit in een klein hostel middenin het historisch centrum dat ik deel met een paar andere reizigers. De sfeer is gemoedelijk, er is een kleine patio waar iedereen door de dag heen verzameld om verhalen uit te wisselen en ik leer een paar van de leukste mensen van deze reis kennen. Na een week een break op het strand pak ik hier mijn historische zoektocht weer op. Het Maya-territorium ben ik inmiddels uit, maar er waren ontelbaar veel meer volkeren hier voordat de Spanjaarden de boel overnamen. Zapoteken, Mixteken, Olmeken, Tolteken, Azteken, Teotihuacan etc etc... Wat het verschil tussen deze culturen is, kan ik helaas niet uitleggen. Veel heeft te maken met het gebied waar ze vandaan kwamen, maar de culturen leefden ook naast en zelfs met elkaar in dezelfde steden. Oaxaca is de provincie van hoofdzakelijk alles wat op ‘eken’ eindigt, en naast de stad liggen de twee belangrijkste complexen van de provincie. De eerste dag daar bezoek ik Mitla, het religieuze centrum van de Zapoteken. Hun tempels en paleizen staan, een uitzondering daar gelaten, nog fier overeind en worden gecrediteerd als de mooiste van Meso-Amerika. Deze stad was niet gebouwd om te imponeren en dus zijn de gebouwen relatief laag, maar versierd met de meest prachtige reliëfs. Deze reliëfs hadden geen religieuze betekenis en waren puur ter versiering. En mooi zijn ze zeker! De belangrijkste tempel is nog volledig intact en de gehele onderkant heeft nog de originele rode kleur. Alle steden hadden hun eigen kleur, voornamelijk (combinaties van) rood, wit en blauw, maar over de eeuwen heen zijn deze kleuren overal volledig verdwenen - behalve deze ene tempel in Mitla. Het voegt weer een stukje aan mijn verbeelding van hoe het er ooit uit moet hebben gezien toe. Toen de Spanjaarden arriveerden stichtten ze voornamelijk nieuwe steden, hier in Mitla hebben ze simpelweg op en tussen de Zapoteekse huizen gebouwd. Dat betekent dat tot de dag van vandaag tussen de huisjes in gigantische ruïnes liggen. De kathedraal is gebouwd bovenop een van de paleizen, wat een prachtig bijzondere combinatie om te zien- de begane grond de rijk versierde muren van de Zapoteken van 1000 jaar geleden en daarbovenop de kathedraal van 500 jaar geleden. Mitla zelf staat op het programma van veel tours, maar die gaan alleen langs dit belangrijkste complex. Ik ben echter op eigen houtje gegaan en heb dus alle tijd om door het dorp te struinen. En wat ben ik hier blij mee, Mitla is een afgelegen boerendorp waar nooit een buitenstaander doorheen loopt. Het is doodstil op straat, ik kom kledingwinkels tegen die niet meer dan een schuur zijn waar wat kleding aan hangers aan het plafond hangt, en een paar van de lokale kinderen lopen nieuwsgierig achter me aan. Behalve de tempels is dit gebied ook bekend voor hun weeftechniek en Mezcal (alcoholische drank). Als ik door het dorpje struin hoor ik naast me een raar geluid, en als ik de winkel inkijk is het één van de lokale weefwinkeltjes! Er staan meer dan 15 oude weefgetouwen, zoals wij in Europa al heel erg lang niet meer gebruiken. Ze verwelkomen me binnen en laten me zien hoe ze hier weven, kleuren, en hoe het hele proces van simpele draad tot sjaal, jurk of tafelkleed gaat. Ik ben de enige daar, wat een gave ervaring! In tegenstelling tot de vorige reis ben ik deze keer redelijk binnen de gebaande paden gebleven en dit is eigenlijk de eerste keer dat ik volledig ‘off grid’ ben, wat heerlijk!
Na mezelf met moeite uit Mitla te hebben losgeweken heb ik de volgende dag een vol programma. Aangezien ik in Escondido maar nachten ben blijven bijboeken zit ik nu redelijk krap in de tijd en als ik alles nog wil zien, zullen er meerdere dingen op een dag gedaan moeten worden. De volgende ochtend vroeg vertrek ik dus samen met een Engelse vrouw uit mijn hostel naar Monte Alban, het politieke centrum en de hoofdstad van de Zapoteken. Was Mitla in de vallei gelegen en voornamelijk laagbouw, daar ligt Monte Alban bovenop een heuvel en was zeer zeker gebouwd om te imponeren. De heuvel ligt middenin de vallei en geeft daarmee waanzinnige uitzichten over Oaxaca en de bergen. In tegenstelling tot Palenque en Tikal ligt dit gebied niet in het oerwoud maar in een woestijn. Waar je in de eerdere complexen afhankelijk bent van de hoeveelheid gebouwen die de archeologen hebben ontdaan van een dikke laag begroeiing, hebben ze dat probleem hier niet gehad. En dat betekent dat ik voor het eerst een stad zie in zijn volle glorie. Ik ben enorm onder de indruk en kan niet stoppen met genieten van alles wat ik om me heen zie. Het complex ligt in een lange rij, er zijn kleinere tempels in een rechte lijn tegenover elkaar gebouwd waardoor er een soort enorm brede straat ontstaat (of rechthoekig plein, hoe je het maar bekijkt). In deze straat liggen nog twee kleine gebouwtjes en aan beide einden staan overdwars de belangrijkste tempels en paleizen. Ondanks dat dit natuurlijk een complex van het verre verleden is, voelt het alsof ik een futuristisch computerspel inloop. Van de paleizen is niet veel over dus we kunnen niet echt ergens in, en de paar gangen die nog intact zijn mogen we niet in omdat in Palenque een stel kansparels graffiti over de muurschilderingen heen heeft gespoten en daarna is besloten alle ruimtes met intacte schilderingen in het hele land te sluiten voor publiek. De tempels staan allemaal nog en we mogen overal opklimmen, en daar maak ik natuurlijk gretig gebruik van. Na een paar heerlijke uren daar begint de zon wel heel erg te branden en aangezien ik nog andere plannen die dag heb, is het tijd om te vertrekken. In de middag komen namelijk mijn Roemeense "I hate Tulum"-roomies aan in Oaxaca! Zij hebben wat meer tijd dan ik en hebben oprecht nog geprobeerd om iets van het schiereiland te maken, maar hebben uiteindelijk ook opgegeven en zijn net als ik het binnenland ingevlucht. Fijn om te horen dat ik de juiste beslissing heb gemaakt door te vertrekken. Wat een andere sfeer tussen ons hier, waar we in Tulum klagen echt tot een kunst hadden verheven, zijn we hier één bonk positiviteit en energie. In de stad Oaxaca ligt een waanzinnige kathedraal, de Santo Domingo, die we bezoeken. Het bijbehorende klooster is nu een museum waar we niet zo nodig in hoeven, maar de bijbehorende bibliotheek willen we wel graag in. We lopen door de schitterende kloostergangen en komen zo in de bibliotheek terecht. Wat een pracht voor een boeken liefhebber, de zalen an sich zijn al indrukwekkend maar het zijn vooral de rijen boeken die onze aandacht trekken. Deze zijn net zo oud als het gebouw zelf, sommige zijn 500 jaar geleden geschreven! Vooral de rijkelijk versierde bijbels zijn mooi om te zien. Na de bibliotheek kijken we even naar het carnaval op straat (in San Cristobal was het allemaal nog nieuw en fantastisch, nu raak ik eraan gewend dat hier op straat elke dag wel feest is -maar het blijft fantastisch) en lopen dan de kathedraal zelf in, en deze is zo mogelijk nog indrukwekkender dan de bibliotheek. Zowel het hoofdaltaar als de altaars in de zijkapellen zijn volledig verguld en er is geen plekje aan de wand of plafond wat niet is beschilderd. De Sistijnse kapel is er niets bij. Ik kan niet zeggen dat ik zoals andere bezoekers tot tranen geroerd ben, maar onder de indruk ben ik zeker. Na de Santo Domingo staat er de volgende ochtend nog een kerk op het programma, La Soledad. Bij mij in het hostel zit een Mexicaanse student kunstgeschiedenis, die voor zijn master onderzoek doet in Oaxaca. Hij weet mij te vertellen dat in deze laatste kerk zes schilderijen van een 17e eeuwse Vlaamse schilder hangen. In het archief hebben ze zelfs nog de bijbehorende brief die duidelijk maakt dat deze hier rond 1600 zijn aangekomen op aanvraag van een Spaanse kolonist. Hij had zijn broer, die nog in Europa zat, gevraagd om een paar mooie schilderijen te sturen. Toen al werden Vlaamse schilders als een paar van de besten gezien en daarom heeft de thuisgebleven broer een Vlaamse schilder de commissie gegeven. Ook La Soledad is een Dominicaanse kerk en hangt dus helemaal vol met schilderijen, goud en wandschilderingen, maar het is onmiddellijk duidelijk om welke schilderijen het gaat. Helaas staat er geen naam bij, maar er waren maar een paar kunstenaars die op deze manier konden schilderen. Het is duidelijk dat hier absolute meesters hangen. Wat bizar om dit in een willekeurige kathedraal middenin Mexico tegen te komen. De Mexicanen hebben geen idee wat een bijzondere pracht ze in hun bezit hebben (wat aan de status van de schilderijen helaas ook wel te zien is). Na deze bezichtiging gaan we op het pleintje voor de kathedraal zitten om een ijsje te eten – ik heb nog maar een paar dagen in deze heerlijke warmte dus daar moet even gretig gebruik van gemaakt worden. Kort nadat we zijn gaan zitten komt er weer een carnavalsoptocht langs, veel enorme papier maché poppen, dweilorkesten en vuurwerk. Ze eindigen in en voor de kathedraal, gelukkig zijn we net een uurtje eerder daar naar binnen gegaan zodat we de kerk in alle rust konden bekijken en daarna buiten onder het genot van een ijsje dit spektakel te aanschouwen! Na dit ijsje is het tijd om te vertrekken, helaas moet ik Oaxaca achter me laten. Wat een heerlijke stad. Ik verlaat het voor mijn laatste bestemming deze reis: Mexico-stad.
Mexico-stad heeft geen beste reputatie, en als ik het thuisfront meldt dat ik hierheen ga krijg ik van meerdere mensen een reactie of ik asjeblieft wel heel erg op wil letten. Zelf was ik hier natuurlijk ook al van op de hoogte en heb voor het eerst in tijden weer echt onderzoek gedaan waar ik wel en niet kan verblijven en kan lopen. Er zijn een paar wijken die ok zijn, maar één ding is heel erg duidelijk: ’s avonds kan je in deze stad nergens over straat. Als ik dus om 22u aankom, pak ik een taxi. En dan zie ik dat de waarschuwingen ook door de locals ten harte worden genomen: het is zaterdag avond en toch zijn de straten verlaten. Wat een raar gezicht, het lijkt wel of de apocolyps heeft toegeslagen. Het feit dat de straten ontzettend vies zijn, er ligt zoveel vuil als in Amsterdam na Koningsdag of Oud & Nieuw, helpt dit beeld ook niet echt. Ik verblijf in hartje historisch centrum, op de hoek van het centrale plein, en hier is het gelukkig wel schoon maar nog steeds uitgestorven op straat. Het is een beetje luguber allemaal.
Mexico-stad is gebouwd bovenop de hoofdstad van de Azteken. Van alle Meso-Amerikaanse volkeren spreken zij wel het meeste tot de verbeelding. Zij zijn vrij laat opgekomen, pas rond 1200 n.C. De legende gaat dat zij op zoek waren naar hun heilige stad en door het gebied trokken. Indertijd lag daar een groot meer waaromheen verschillende volkeren leefden. De Azteken waren niet het meest vriendelijke volk en nadat ze voor de zoveelste keer de boel op stelten hadden gezet, waren de andere volken het zat en hebben zij de Azteken verbannen naar een eilandje in het meer. Dit eiland zat vol met giftige slangen en er werd vanuit gegaan dat deze slangen de aanwezigheid van de Azteken wel zou oplossen. Een aantal jaren werd er niets van ze gehoord en ging het leven aan het vaste land rustig verder. Totdat een paar handelaren op het eiland aanmeerden en erachter kwamen dat alle slangen verdwenen waren, de Azteken hadden ze opgegeten en een florerende stad gebouwd. Vanaf dat moment ging het snel en hebben zij het hele gebied overgenomen. Dit ging natuurlijk niet geheel geweldloos. Waar de andere volkeren, inclusief de Maya, niet bepaald vredelievend waren en oorlog voeren als een soort buitenschoolse activiteit zagen, daar maakten de Azteken het wel heel erg bont. Toen zij in hun heilige stad de grootste tempel, de zonnetempel, hadden afgebouwd, hebben ze ter ere hiervan een offeringsfeest gehouden dat vier dagen duurde en waarbij ze 80.000 (nee, geen typefout. 80.000) krijgsgevangen hebben geofferd. Dat is 1 afgehakt hoofd per 4,32 seconden. Ondanks deze bloedzucht konden ook de Azteken de binnenvallende Spanjaarden in de 16e eeuw niet afweren. Dit kwam deels omdat de Azteken in eerste instantie dachten dat die raar uitziende Europeanen met hun metalen harnassen en paarden, goden waren, en hebben de Spanjaarden dus met open armen ontvangen. De laatste, onfortuinlijke, leider van de Azteken was Moctezuma. Hij kreeg uiteindelijk wel door dat de Spanjaarden niet zijn beste vrienden waren en heeft nog geprobeerd om zijn gebied te verdedigen, maar is kansloos verslagen. Hij heeft nog geprobeerd om de Spanjaarden om te kopen met kisten vol goud, maar dit mocht niet baten en na het goud te hebben ingeleverd is hij alsnog geëxecuteerd. De beroemde legende gaat, dat Moctezuma nadat hij begreep dat hij verraden was, het gegeven goud heeft vervloekt. Diegenen die nu denken, ‘nou, zo beroemd is die legende niet want ik heb er nog nooit van gehoord': de vervloekte gouden munten waar de hele eerste film van de Pirates of the Caribean om draait, zijn Moctezuma’s vervloekte schat. De Spanjaarden waren niet erg onder de indruk van deze vloek en zijn rustig doorgegaan met het uitbreiden van hun imperium in Latijns-Amerika. Bovenop de hoofdstad van de Azteken (Tenochtitlan) in het meer hebben zij hun eigen stad gebouwd. Deze stad is een beetje uit de klauwen gegroeid, vandaag de dag is dit Mexico-stad en in de gehele urbanisatie wonen 23 miljoen mensen. Deze stad is mijn laatste stop in deze reis, vanuit hier vlieg ik naar huis. Ik hou echt niet van grote steden dus heb ik hier maar een paar dagen gepland. Wat is het wennen hier, de afgelopen weken ben ik in een paar steden geweest maar die vielen in het niet vergeleken bij Mexico. Niet alleen de dorpjes, maar ook de steden als Antigua, Xela, Palenque, San Cristobal en Oaxaca, hadden ongeveer dezelfde inrichting. Recht-toe-recht-aan gebouwd in overzichtelijke blokken van lage huisjes, in elk blok wel een prachtige kerk of kathedraal, en de blokken van elkaar gescheiden door gekeide een-richtings straten. Mexico-stad is veel hoger gebouwd, tussen de ‘normale’ bebouwing die al een verdieping of 6 hoog is, staan heel veel flatgebouwen. Ondanks dat de straten nog steeds een richting zijn, zijn ze veel breder, er passen rustig drie auto’s naast elkaar. Het ergste is echter de drukte, overdag gaat er een eindeloze stroom mensen, auto’s en bussen over straat, en de mooie traditionele kleding is in geen velden of wegen te bekennen. Waar ik hiervoor vrij soepel overging tussen oerwoud, meren, bergen, stranden, woestijn, dorpen en steden, daar heb ik hier echt moeite om te wennen. Gelukkig ligt mijn hotel op de hoek van het centrale plein en hier is nog wel wat moois te zien. Hier ligt, naast een indrukwekkende combinatie van basiliek, kathedraal en kerk naast elkaar, ook nog de overblijfselen van de eerder beschreven Templo Mayor (waar al die krijgsgevangenen voor zijn geofferd). Hier moet ik natuurlijk even langs! Er is niet heel veel van over, eigenlijk alleen de funderingen liggen er nog. Toch voegt ook dit complex weer wat toe; ten eerste versierden de Azteken hun tempels met meterslange stenen slangen en drakenkoppen (voor zover ik weet deden de Maya en Zapoteken dat niet) die in meer of mindere mate nog te zien zijn; ten tweede worden er op het plein naast deze ruïne meerdere shows gegeven. Er staat een groep in vol ornaat een Azteekse dans uit te voeren en daaromheen staan meerdere sjamanen Azteekse ceremoniën uit te voeren. Vooral het laten schoonmaken van de aura is zeer populair. Ik snap dat dit ontzettend toeristisch is en voornamelijk bedoeld is om geld uit onze zakken te kloppen, maar toch ben ik heel blij om dit te zien. Inmiddels kan ik een steeds beter beeld vormen van de steden, maar hoe de volken eruit zagen daar had ik alleen nog maar plaatjes van gezien, zo in het echt is toch net even wat beter.
De dag erna staat het laatste complex op de planning: Teotihuacan. Dit complex ligt ongeveer een uur rijden van Mexico-stad vandaan, en ik bezoek het samen met een Mexicaanse vrouw die ik in Oaxaca heb leren kennen, Kerenn. De Teotihuacan leefden in het pre-klassieke en klassieke tijdperk, en hebben hun stad rond 750 n.C. verlaten, waarmee dit het oudste complex is wat ik zie. Wat er met de Teotihuacan is gebeurd, is niet duidelijk, ze zijn vertrokken en in de lucht opgelost lijkt het wel. 500 jaar later kwamen de Azteken deze verlaten stad tegen tijdens hun veroveringstocht, en waren ondanks hun eigen bouwkunst die toch ook echt niet de minste was, verbijsterd dat mensen in staat waren iets als deze stad te bouwen. Deze verbijstering, die onderschrijf ik ook. Het lijkt erop dat ik de perfecte route heb uitgekozen tijdens mijn reis, want elk complex was opener, ruimer, en meer ontdaan van begroeiing dan de vorige, waardoor elk complex me toch weer overdondert. Net als Monte Alban is Teotihuacan volledig vrij van begroeiing en liggen lagere tempels in een rij tegenover elkaar waardoor een straat wordt gevormd. Monte Alban was een paar voetbalvelden groot maar valt in het niet bij Teotihuacan: de Calzada de Muertos, ‘straat van de doden', die door de tempels wordt gevormd, is 3 kilometer lang. Ook hier aan het einde een grote piramide, de tempel voor de maan, en halverwege de straat ligt de piramide die de tempel voor de zon vormde. Deze laatste is de grootste van het complex en noch met woorden, noch met foto's, kan ik beschrijven hoe groot en hoe indrukwekkend dat ding is. Ook hier mogen we weer bijna overal op, zo ook de zonnetempel. Dit is natuurlijk iets wat zonder twijfel gedaan moet worden als je hier bent, maar de klim is wel heftig. De zon brandt ontzettend fel, en de 1500 jaar oude treden zijn ook niet meer wat ze ooit geweest zijn. Ik had in een eerder blog al geschreven dat het zoveel gaver is om via de originele trappen de tempels te beklimmen dan via een modern, stevig trappetje. Daar sta ik nog steeds 100% achter, maar als ik op driekwart van de piramide sta, de mensen op de grond als kleine figuurtjes zie rondscharrelen, er door de hoogte er af en toe een vrij stevige windvlaag voorbij komt en ik dan aankom bij de volgende trap waarvan de treden zo'n 10 cm breed zijn, moet ik echt wel even slikken. De beste tactiek is naar de treden blijven kijken, niet om je heen kijken en stug doorstappen, en zo komen we uiteindelijk boven. En dan is die helse klim het waar geweest: Wat. Een. Uitzicht. Zowel in deze als in de vorige reis ben ik erachter gekomen dat het moeilijk is om mooie natuur of architectuur te beschrijven, daar zijn simpelweg niet genoeg woorden in het woordenboek voor. Een busrit waarbij alles van A tot Z misgaat is echt veel makkelijker om over te vertellen. Ook voor Teotihuacan val ik weer in clichés als waanzinnig, prachtig, indrukwekkend en imponerend. Gelukkig voegen foto’s een hoop toe, maar het beste wat ik iedereen kan aanraden, is hier lekker zelf heen te gaan om echt te begrijpen hoe deze plekken zijn. Na de zonnetempel, beklimmen we ook de maantempel. Deze is minder groot en we mogen ook maar tot een platform halverwege klimmen, maar waar de zonnetempel halverwege de Calzada de Muertos ligt en we dus van links naar rechts moesten kijken, ligt de maantempel aan de kop van de straat en kijken we dus over het hele complex uit. We blijven een goed uur zitten, de zon is aan het zakken, dit uitzicht, het is genieten hier. Bij schemer is het echt tijd om te vertrekken, we moeten immers nog helemaal terug naar Mexico-stad. Voordeel van met een local op pad zijn is dat we met het ov kunnen. We moeten met een bus en dan nog twee verschillende metro's, en alleen was het me nooit gelukt om uit te vogelen waar ik heen zou moeten (ik wijs iedereen even op mijn succesvolle ov-onderneming in Santiago vorig jaar). Zonder Kerenn was ik veroordeeld tot het boeken van een tour, maar ondanks dat ik heel dankbaar ben dat er mensen zijn die tours boeken, ben ik liever gids dan volger. Als het op mijzelf neerkomt ga ik liever op eigen houtje. Dit is vaak goedkoper, mengt meer met de lokale bevolking, en geeft meer kans je eigen plan te trekken: blijven hangen op mooie plekken en snel doorgaan als iets me niet interesseert. Door met het ov te gaan, hoe raar het ook klinkt, krijg je af en toe ook een mooi inzicht in de lokale cultuur. In de kleinere steden bijvoorbeeld de ongekende behulpzaamheid en vriendelijkheid van mensen (in een grote stad als deze maakt het echt niet uit waar ter wereld je bent, iedereen negeert elkaar), of bijvoorbeeld het moment dat ik realiseerde dat locals die met hun halve huisraad en pluimvee de bus instappen niet alleen iets is wat in films gebeurd, maar echt het dagelijks leven op dit continent is. Hier in Mexico kom ik een wonderbaarlijk vooruitstrevend idee tegen in de metro: de voorste wagons zijn alleen voor vrouwen. Hoe prachtig dit deel van de wereld ook is, gelijkheid van sekse laat nog wat te wensen over. Hoe vaak ik wel niet heb moeten uitleggen dat ik met 29 jaar nog niet getrouwd ben, geen kinderen heb, en regelmatig alleen reis. En wat ze hier dan echt niet snappen: dat de mannen in mijn leven mij dit allemaal maar toestaan. Dat ik zaken hooguit overleg maar al sinds mijn tienerjaren geen toestemming meer vraag aan wie dan ook over de manier hoe ik mijn leven inricht, kunnen ze hier niet bevatten. Dit verschilt overigens wel sterk per land: Argentijnen en Mexicanen zijn overduidelijk een stuk vrijgezinder dan hun buurlanden. Dit zijn overigens vooral de vrouwen, de mannen zijn het er nog niet altijd mee eens dat ze niet meer zomaar een vrijbrief krijgen voor hun doen en laten naar vrouwen toe. De metro in Mexico is een berucht gevolg van deze instelling: de overvolle wagons vormden een uitgelezen plek voor aanranding en beroving, en hierom is er besloten om vrouwen in ieder geval de kans te geven veilig te reizen en zijn er aparte wagons gemaakt. Dit is natuurlijk een aanpak van het gevolg en niet de oorzaak van het probleem, maar het ombuigen van de sterke macho-cultuur hier is niet iets wat van de ene op de andere dag gedaan kan worden. Ik vind het mooi dat de regering, zolang dit niet bereikt is, in sommige gevallen zoals hier bescherming biedt.
Na heerlijk uiteten te zijn geweest met Kerenn, volgt een goede nachtrust en dan het allerlaatste van deze reis: het nationaal antropologisch museum, waar ik ook met Kerenn heen ga. Mexico is een heel dubbel land. Hier in Nederland horen we voornamelijk over het door massa-toerisme overspoelde schiereiland of over het gevaarlijke noorden waar op de grens met de VS veel bende- en drugsgeweld is. Beide hebben echter niets te maken met Mexico zelf. Er ligt tussen dit gevaarlijke noorden en oppervlakkige zuid-oosten nog een enorm groot stuk waar wij hier eigenlijk niet over horen maar wat juist de kern vormt waar dit land voor staat. Dit is overigens niet alleen mijn ervaring, alle reizigers die ik heb gesproken die door het land zijn getrokken en, nog belangrijker, de Mexicanen zelf, beamen dit. Met meedere locals heb ik het over hun prachtige land gehad en het feit dat ze hier alles hebben: bergen, oerwouden, stranden, koloniale steden, antieke geschiedenis, lieve bevolking en een afschuwelijk corrupte regering. Ook hier weer moet de bevolking opboksen tegen schending van mensenrechten en corruptie vanuit de hoogste lagen. Een Nederlandse popgroep, volgens mij was het de Jeugd van Tegenwoordig, heeft hier een paar maanden geleden een goed programma over gemaakt. Zij volgden een Mexicaanse familie waarvan een vrouw al lang zit opgesloten en dagelijkse mishandeling en verkrachting ondergaat van de gevangenisbewaarders; zij is opgesloten omdat ze kritiek had op de regering (kennelijk hoeven niet alle vrouwen beschermd te worden). Dat dit hier gebeurt staat in schril contrast met mijn ervaringen hier, maar dat dit daadwerkelijk aan de orde aan de dag is, wordt ook onderschreven door de locals die ik spreek. Bizar is dat deze vreselijke regering, de culturele sector dan weer geregeld heeft op een manier waar onze regering (en vele in Europa), nog een puntje aan kan zuigen. Mexico is sowieso al hysterisch goedkoop, maar alles wat met cultuur te maken heeft is echt een lachertje. Openbaar vervoer, zoals de metro, kost de locals tussen de 2 en de 10 cent (geldt natuurlijk niet voor de lange-afstand bussen), dus ergens komen is niet duur. Eenmaal aangekomen gelden voor alle instellingen, of dit nou een historisch complex of museum is, hoe groot of klein ook, dezelfde prijzen: minderjarigen, 60+ers, studenten en docenten kunnen altijd gratis naar binnen, op zondag is entree voor alle Mexicanen gratis, en verder is de entree 70 pesos (zo'n 3.5 euro). En hier wordt gretig gebruik van gemaakt, elke Mexicaan die ik spreek heeft vele musea bezocht en een degelijke kennis van hun cultuur en geschiedenis. Door de lage entree prijzen bezoeken ook bijna alle buitenlanders, zelfs de toeristen op het schiereiland, ook wel minstens één complex of museum en krijgt daardoor ook meer kennis over dit land. Het belang van kennis van de (eigen) cultuur is niet te onderschatten, en op dit punt kunnen wij nog veel van Mexico leren. Op Londen na heeft Mexico-stad de meeste musea ter wereld, en het nationaal antropologisch museum wordt gezien als beste van het land. Dit museum heeft zalen over de huidige traditionele volken en over alle pre-colombiaanse volkeren. Het verbindt dus eigenlijk alles waar ik de afgelopen weken mee bezig ben geweest in een paar zalen aan elkaar en is voor mij dus een perfecte afsluiter van deze reis. Dat dit een ontzettend goed museum is, moet ik onderschrijven. De tentoonstellingen zijn schitterend, ze hebben heel veel artefacten, kunst, foto's, films, maquettes, en zelfs hele huizen, tempels en ondergrondse gangenstelsels nagebouwd. We beginnen in de pre-historische zaal waar de evolutie van de mens wordt uitgebeeld en waar ze hele skeletten en zelfs slagtanden van mammoeten hebben liggen. Daarna gaan we door naar boven waar de huidige traditionele volken worden behandeld. Deze culturen kom je echt alleen nog in diep in de afgelegen binnenlanden van Mexico tegen, maar het is onvoorstelbaar dat ze überhaupt nog bestaan. Na een paar zalen krijg ik door dat dit museum veel te veel is voor één dag en dus gaan we op zoek naar specifieke tentoonstellingen. We bezoeken de Teotihuacan, waar ze een deel van de zonnetempel hebben nagebouwd met de kleuren en versieringen zoals die er ooit uit moet hebben gezien. Daarna volgen de Zapoteken, Mixteken en Tolteken, en dan de Azteken. Deze zaal is prachtig, vooral de enorme zonnesteen middenin de zaal is indrukwekkend. Deze grote ronde steen is gevonden bij de Templo Mayor waar ik al eerder over schreef, en is lang verkeerd geïnterpreteerd als de kalender (alle volkeren hier gebruikten een vorm van de Maya kalender), maar is een verering van de zonnegod. Het maakt de steen er niet minder om. De laatste zaal, de afsluiter, is ook degene waar het allemaal mee is begonnen en maakt daarmee het cirkeltje rond: Maya. In deze zaal heb ik een specifiek doel, ik weet namelijk dat hier identieke replica’s van Pakals graftombe en -masker uit Palenque liggen. We lopen door de zaal en zien weer vele prachtige stukken, maar de replica’s kunnen we niet vinden. Mijn hart breekt. Middenin de zaal loopt een trap naar beneden en dan komen we in de onderwereld terecht (best logisch eigenlijk). We zien wat tombes en graven, lopen een hoek om, en dan sta ik ineens oog in oog met het doodsmasker. Naast dit masker hebben ze de complete tombe nagebouwd, inclusief de prachtige open sarcofaag met het ‘skelet' en nogmaals doodsmasker van Pakal. Dit is gebouwd achter een glazen scherm, ongeveer een halve verdieping lager dan waar we staan (we kunnen er dus niet in). Ik vergeet alles om me heen en zit een kwartier lang op mijn knieën voor het glas. Deze ene tombe vat alles samen. Pakal, de enige Maya die ik bij naam kende, de schitterende jade, de mystiek en geloof die alles van de Maya behelsde, alles wat zij waren. De Maya zijn voor mij zoveel meer dan een ander leuk volk uit de geschiedenis, ze zijn voor mij – bij een gebrek aan een beter woord – magisch. Wat ik eigenlijk al weken geleden had verwacht maar niet gebeurde, overkomt me hier wel: de tranen schieten in mijn ogen. Dit zal ongetwijfeld ook te maken hebben met het feit dat dit mijn laatste uren hier zijn en dat ik me dus in bipolair emotioneel limbo-land bevind. Aangezien zelfs een huiler als ik begrijpt dat het een beetje raar is om op de grond van een museum te gaan zitten huilen bijt ik de tranen weg, maar ik ben echt diep geraakt door deze voorstelling. Ik heb er geen andere woorden voor. Wauw.
Na Pakal lopen we het museum uit, is het tijd om afscheid te nemen van Kerenn, mijn spullen op te halen en naar het vliegveld te vertrekken. Terwijl ik achter de douane naar de gate loop schiet er een flashback door mijn hoofd van het vliegveld waar ik pas geleden was. Het duurt even voordat ik deze flashback heb ontcijferd, en dan realiseer ik me dat ik binnenlands niet heb gevlogen en dat de beelden die ik in mijn hoofd zie van mijn aankomst in Guatemala 7 weken geleden waren. En dan zinkt langzaam het besef in: ik heb het gedaan. Datgene wat niet eens meer mijn bucketlist te noemen is, maar beter beschreven wordt als de droom van mijn leven, ik heb het eindelijk gedaan. Wat waren Guatemala en Mexico bijzondere landen. Ondanks dat ik de dagen heb afgeteld totdat ik weer naar huis kon, had ik heel tegenstrijdig nog 3 maanden langer willen blijven. Door de tussenstop in Amsterdam vergeet ik elke keer dat eigenlijk Colombia en Costa Rica (en 12 uur in Panama), er ook nog bij horen. Dat waren ook zulke andere landen dat het bijna niet te vergelijken is. Deze reis ben ik overdonderd door de prachtige dingen die zowel Moeder Natuur als de mens kan maken. Daartegenover ben ik ook overdonderd door het gemak waarmee onze huidige samenleving al deze prachtige dingen, en elkaar, kapot aan het maken is. Het is daardoor een reis geweest van onwerkelijke dromen en ruw wakker geschud worden. Het is een reis die ver over tijd was en die nu eindelijk gemaakt is. Het is een reis waarbij ik onvoorstelbaar veel wensen van mijn lijst heb afgetikt, en nog veel meer nieuwe wensen op mijn lijst heb bijgeschreven. En dat komt heel goed uit, want ondanks dat ik heel erg blij ben om weer in de regen door de grachtengordel te fietsen terwijl ik een bammetje oude kaas eet (het zijn echt de clichés die ik het meeste mis in het buitenland), en ontzettend veel zin heb in het komende seizoen vol nieuwe uitdagingen, ben ik in mijn hoofd ook langzaam al nieuwe reisdromen aan het vormen. Op naar de volgende!

  • 14 Maart 2018 - 15:19

    Maaike Jas:

    Allereerst van harte gefeliciteerd met je 30e verjaardag Karen! Wat een prachtige ervaringen zeg! :) Succes met verder 'landen' in Nederland en tot zaterdag! X Maaike

  • 16 Maart 2018 - 15:00

    Loek:

    wederom het boekje in één keer uitgelezen!! maar ik ben ook wel weer blij dat je heel terug bent.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Mexico, Mexico-stad

The travel that was long overdue

Vamooosss otra vez!

Recente Reisverslagen:

14 Maart 2018

Mexico 2.0

24 Februari 2018

Mexico

16 Februari 2018

Maya

03 Februari 2018

Guatemala

26 December 2017

Costa Rica (en Panama)
Karen

Actief sinds 25 Dec. 2016
Verslag gelezen: 991
Totaal aantal bezoekers 88938

Voorgaande reizen:

13 Januari 2020 - 21 Februari 2020

The travel into the unknown

24 November 2018 - 25 December 2018

The travel into the wild

21 November 2017 - 08 Maart 2018

The travel that was long overdue

01 December 2016 - 01 Maart 2017

The travel of dreams

Landen bezocht: